Foto van hoogspanningsmasten en provinciale weg

De Regionale Energiestrategie (RES)

Onze energierekening stijgt, en we willen minder afhankelijk zijn van Russisch gas. De komende jaren verminderen we de uitstoot van broeikasgassen bijvoorbeeld door meer wind- en zonne-energie op te wekken. We zoeken ook naar duurzame warmtebronnen uit water of bodem. Overheden, inwoners, bedrijfsleven, netbeheerders, energiecoöperaties en maatschappelijke organisaties werken hiervoor samen in 30 energieregio’s een strategie uit: de Regionale Energie Strategie (kortweg RES).

In de RES onderzoeken we met elkaar het opwekken van duurzame energie op land: één van maatregelen uit het Klimaatakkoord. In de eerste versie van de RES (RES 1.0) beschreven we de verschillende mogelijkheden. Waar is plek om duurzame energie op te wekken? En hoeveel? Valt de keuze op windmolens of op zonnepanelen? Waar kunnen daken worden benut? En waar is ruimte langs de snelwegen? Is daar een aansluiting op het energienetwerk en kan dat netwerk al die energie aan? Welke warmtebronnen zijn te gebruiken zodat wijken en gebouwen van het aardgas af kunnen? Hoe wordt gezorgd dat 50% van de opgewekte energie eigendom wordt van de lokale gemeenschap? Hoe worden inwoners betrokken? En kunnen we met elkaar de uiteindelijke plek en vorm van duurzame energie accepteren? Al deze afwegingen samen vormen de RES. De RES is dus een manier om in de regio samen te werken aan de energietransitie. Maar het is ook een document, waarin de gezamenlijke keuzes beschreven staan.

Stand van zaken in 2023: beschreven in voortgangsrapportage

Het Nationaal Programma RES (NPRES) sprak met de 30 RES-regio’s in Nederland af dat we iedere twee jaar op 1 juli een voortgangsrapportage presenteren waarin we beschrijven in hoeverre we op koers liggen om het bod (de ambitie van 1.07 TWh  grootschalige elektriciteitsopwek via hernieuwbare energie) in 2030 te realiseren.

Per 1 juli 2023 is 0,31 TWh aan grootschalige energieopwek in onze regio gerealiseerd. Volgens de rekenmethodiek die is voorgeschreven door NPRES verwachten we in 2030 0,48 TWh energie op te wekken uit grootschalige hernieuwbare energie. Op basis van onze eigen regionale kennis en kunde zijn we positiever en denken we in 2030 0,65 TWh energie op te wekken. Deze cijfers zijn gebaseerd op de stand van zaken per 1 juli 2023, en kunnen dus veranderen.

In de voortgangsrapportage staat ook in hoeverre de resultaten van RES zijn verankerd in het omgevingsbeleid en welke instrumenten daarvoor zijn gebruikt. Is er al een plan MER uitgevoerd? Hoe verloopt de participatie? Welke relaties legden we met andere (ruimtelijke) thema’s in het gebied? Welke knelpunten en belemmeringen signaleren we? En welke handelingsperspectieven zijn er om ons bod te realiseren?

Vooruitblik naar RES 2.0

Momenteel werken we aan een herijking van de RES 1.0: de RES 2.0. Hier zijn verschillende redenen voor.

De eerste aanleiding is de netcongestie. In de Provincies Gelderland, Flevoland, Friesland, en grote delen van Noord-Holland en Zeeland heeft het elektriciteitsnet haar maximale capaciteit bereikt voor terugleveren van energie aan het net én voor het leveren van stroom aan grootverbruikers zoals scholen, bedrijven, ziekenhuizen en nieuwe woningbouwprojecten. Hier wordt door de netbeheerders hard aan gewerkt.

De afgelopen jaren werd ook duidelijk dat de instandhoudingsplicht van de wespendief, die op en rondom de Veluwe leeft, ervoor zorgt dat windinitiatieven hier nu niet mogelijk zijn. Hier lopen verschillende onderzoeken naar het verminderen van aanvaringen van vogels met windmolens en (on)mogelijkheden voor windenergie in onze regio. Daarmee wordt de komende periode duidelijker wat we voor 2030 kunnen realiseren.

Ten derde is er een enorme ruimtevraag: voor woningbouw, bedrijventerreinen, de landbouwtransitie en het behoud van ons waardevolle landschap en natuur. Alleen door opgaven te combineren, kunnen we tot een oplossing komen voor deze grote vraagstukken. De RES zet van oorsprong de strategie uit over de opwek van hernieuwbare energie, maar dit kan alleen gerealiseerd worden door samenwerking. In de regio werken we daarom steeds nauwer samen om opwek, energiebesparing en het energiesysteem integraal onderdeel van alle regionale opgaven te maken.

Een vierde aanleiding voor de herijking is dat het Rijk (in navolging van Fit for 55 (EU-doelen)) de ambitie voor 2030 bijstelde naar minimaal 55% CO2-reductie. Verschillende programma’s stimuleren of geven richting aan onderdelen van de energietransitie, zoals het Nationaal Programma Energiesysteem (NPE) en het Programma Energiehoofdstructuur (PEH).

Tot slot vonden er sinds de vaststelling van RES 1.0 zowel gemeenteraadsverkiezingen, als waterschaps- en provinciale statenverkiezingen plaats. De RES 1.0 is vormgegeven rondom het laadvermogen van het landschap. Gezien het huidige politieke klimaat, de enorme ruimtebehoefte (in het landelijke gebied) en de overige in deze paragraaf genoemde punten, is er reden genoeg om het laadvermogen van het landschap tegen het licht te houden.

Wij richten ons erop om in de loop van 2025 de herijkte RES 2.0 voor de regio Stedendriehoek vast te kunnen stellen.

Nieuws
Meer nieuws